'Bagna Caöda' is een Piëmontees dialectbegrip, dus het dialect van Don Bosco. Reeds van eind september was dat aangekondigd als een bijzondere activiteit, die gisterenavond doorging. Het is een typisch Piëmontees gerecht, een gerecht dat traditioneel van de armen is. Het brengt wel sfeer. Don Bosco moet dit zeker ook gegeten hebben.
De directeur had wat hulp gevraagd om de ouders van onze vicaris bij te staan. Zij leidden de voorbereiding. Die hebben een dagreis nodig gehad om hier te komen. Ze brachten groenten uit hun tuin mee en heel wat ander eten. Ik ben dus 2,5 uur gaan helpen. Groenten kuisen en snijden. Vier groenten ken ik: look, selder, paprika en witloof. De andere ken ik niet. Eén ziet er uit als een klein aardappeltje, groeit onder de grond en smaakt een beetje als radijs. Moet geschild worden als een aardappel. En dan lange stokken, die een beetje aan rabarber doen denken, maar dan dubbel zo lang. Driekwart gooien ze weg: de buitenste stokken en de toppen. Het smaakt naar... ik weet niet wat. In elk gevaar zijn in mijn reuk- en smaakgeheugen nieuwe elementen opgeslagen. Sterke smaken, alleszins, want vandaag smaak ik ze nog!
En dan de maaltijd. In het midden van vier personen staat een soort fondustelletje, diameter ongeveer 13 cm, met een theekaarsje onderin. Bovenin wordt de saus gedaan: een mengsel van olie en look. En dan haal je stukjes groenten door die saus en eet ze met wat brood op. Ze hadden in alle toonaarden verwittigd: deze kost ligt zwaar op de maag. Dus at ik niet teveel. Blijkbaar heb ik maat gehouden, want ik heb goed geslapen. Maar dat kan misschien ook verklaard worden door de wijn en op het einde de cognac. Voor het gerecht zou ik cent uitgeven, voor de sfeer des te meer. Sympathiek was het alleszins.
De sfeer zat er wel in. Een oude medebroeder, die ik voorbij de 85 schat, zong een lied over dit streekgerecht. Na de maaltijd sprak ik even met hem. Hij is 29 jaar missionaris geweest in Japan. En zo kent ook hij de Vlaamse salesiaanse missionarissen die naar Japan gegaan zijn.
Vandaag mag niemand van ons biecht horen: de biechtelingen zouden weglopen van onze lookgeur... Zo leer ik de Italiaanse keuken steeds beter kennen. Er komen ook Italiaanse cakes, taarten, pudding, enzovoort op tafel.
maandag 17 november 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Hallo Eric,
Nu ik samen met Roos aan het thuiswachten ben bij de kinders van de jongste (ziek) heb ik enkele flarden van het blog gelezen.
Het moet werkelijk een ervaring zijn eens 'iets anders' te kunnen ondernemen. Hoofddoel is natuurlijk je bijkomende studie en studeren in Rome moet toch net iets anders zijn dan hier. Naast de studie bezoek je heel wat van die mooie stad en zelf daarbuiten. Het is nu ongeveer 5 jaar geleden dat wij Rome bezochten. Toen ook heb wij een vriend-scheut die daar verbleef bezocht. Wij verbleven 5 dagen in Rome en dit was voldoende om toch terug de geschiedenis wat op te frissen en bezoeken te brengen aan gebouwen, kerken, enz. Ook de beeldhouwwerken van Bernini (waarvoor wij op voorhand moesten reserveren) is mij zeer goed bijgebleven. Wat die mens allemaal gebeeldhouwd heeft is uniek. En alles in witte marmer.
Wat mij wel intrigeert is wat er na de studie gaat gebeuren. Er is niet alleen Rome, straks vertrek je ook naar Jeruzalem, toch niet de stad om er lang te verblijven. Profiteer er echter van om vele 'heiligdommen' te bezoeken. Zoals ik je reeds vertelde waren wij vorig jaar in Jordanië en daar hebben wij ook vele 'bijbelse plaatsen' bezocht en zo wat meer concreet de geschiedenis ervaren. Wij waren o.a. in Bethanië, plaats waar Jezus werd gedoopt, Mount Nebo, Madaba, enz. Wij zagen het meer van Tiberias, de Dode zee, enz.En 's avonds konden de lichtjes van Jeruzalem worden opgemerkt.
Ik blijf natuurlijk af en toe je blog lezen. Ik wens je het beste en kijk uit wat je gaat doen eens je sabbatjaar voorbij is. Wellicht zul je na deze ervaring nog spijt hebben dat het voorbij is maar dat is nu eenmaal zo. Mooie verhalen duren echt niet lang.
Groetjes.
Walter.
Een reactie posten